Terug naar

Beperking van de impact van de werken op de biodiversiteit

Voorziening
Het is belangrijk om de ecologische kwaliteit van de site waar het project wordt uitgevoerd te beoordelen, om zo de meest geschikte maatregelen te bepalen die in de voorontwerpfase en tijdens de werken moeten worden toegepast om de fauna en flora te beschermen.

Hoe beoordelen we de ecologische waarde van de site?

Voorafgaand onderzoek van de site

Het is aangeraden om in de voorontwerpfase de ecologische waarde van de site te beoordelen.

Meer informatie op de pagina | Voorafgaand onderzoek van het dossier | Biodiversiteit bevorderen

Milieueffectenrapport of -studie

Het zou kunnen dat een milieueffectenrapport of -studie werd uitgevoerd in het kader van de aanvraag voor een stedenbouwkundige of milieuvergunning. Dat rapport of die studie kunnen helpen bij het bepalen van de ecologische waarde en het ecologische belang van de site.

Meer informatie in de voorziening | Milieueffectbeoordelingen van de werken

Een expert inschakelen

Met de diagnose van een expert kan worden bepaald of de zones van de site een 'hoge ecologische waarde' hebben. Hij kan een voorafgaand onderzoek of een milieueffectenstudie uitvoeren, zoals hierboven vermeld.

Instanties met de nodige expertise om de ecologische waarde van een site te beoordelen: Natagora

Andere instanties die specifiek gespecialiseerd zijn in fauna, vindt u op de Pagina | zich laten begeleiden door een expert.

Identificeren of het project zich in of nabij een beschermde zone bevindt

Meer informatie op de pagina | Identificeren of het project zich in of nabij een beschermde zone bevindt en op de interactieve kaart van beschermde natuurgebieden in het Brussels Gewest.

Indien het project zich in of nabij een Natura 2000-gebied bevindt, is een passende beoordeling van de milieueffecten verplicht. Die studie omvat de te volgen aanbevelingen bij werken, die bij wet opgelegd worden in het kader van de exploitatievoorwaarden van de milieuvergunning.

Meer informatie op de website van Leefmilieu Brussel op de pagina werken en inrichtingen in Natura 2000-gebieden

Welke strategie moet worden toegepast voor de elementen met een 'hoge ecologische waarde'?

Indien het project zones met een 'hoge ecologische waarde' bevat:

  • de zones die niet worden geïdentificeerd als zones met een 'hoge ecologische waarde', krijgen voorrang voor de locatie van het project: gebouw, bouwketen, opslag- en verkeerszone enz.;
  • de zones met een 'hoge ecologische waarde' vereisen de toepassing van bijzondere beschermingsmaatregelen zowel in de ontwerpfase als tijdens de werken en bij het gebruik van het gebouw;
  • bij een risico voor het personeel op de werf (onstabiele bomen enz.) kunnen bepaalde elementen met een 'hoge ecologische waarde' worden verwijderd en vervangen door nieuwe elementen met een 'hoge ecologische waarde', maar dit mag niet gebeuren in om het even welke periode en kan ook het voorwerp zijn van een afwijking.

Welke maatregelen moeten worden genomen om de fauna te beschermen tijdens de werken?

De inrichting van de werf dient te beginnen met de invoering van de gepaste en doeltreffende beschermingsmiddelen voor de elementen met een 'hoge ecologische waarde' en in het bijzonder met de invoering van de volgende voorzieningen om de fauna te beschermen:

  • de werfactiviteiten ver van het woongebied van de fauna uitvoeren;
  • de werfplanning opstellen en daarbij het volgende vermijden:

    • nachtwerk;
    • de voortplantingsperiodes:

      • van de vogels: van maart tot eind augustus voor de meeste soorten;
      • van de vleermuizen: van maart tot eind oktober;
  • zorgen voor beschutting van de fauna, zoals vleermuizen, vogels, kleine zoogdieren, muurinsecten enz.; 
  • geen vallen creëren die dodelijk kunnen zijn voor bepaalde dieren, zoals holle palen, holtes, buizen, kijkgaten met vrije opening enz.;
  • maatregelen nemen om de geluidshinder te beperken: geluidsbescherming voor woon- en voortplantingsgebieden, aanpassing van de planning bij luidruchtige activiteiten enz.;
  • maatregelen nemen om lichtvervuiling door kunstlicht op de werf te beperken;
  • diersoorten (zoals amfibieën) weghalen of plantensoorten verplaatsen in het geval van afwijkingen.

Welke maatregelen moeten worden genomen om de flora te beschermen tijdens de werken?

De inrichting van de werf dient te beginnen met de invoering van de gepaste en doeltreffende beschermingsmiddelen voor de elementen met een 'hoge ecologische waarde' en in het bijzonder met de invoering van de volgende voorzieningen om de flora te beschermen:

  • de werfplanning opstellen, rekening houdend met de bloeiperiodes (die enkel afhangen van de soorten);
  • zorgen voor de nodige bescherming:

    • rond een uitgebreide beschermingsperimeter met bomen en/of boomzones die beschermd moeten worden. Geef de voorkeur aan fysieke bescherming die de doorgang voor werfmachines verhindert;
    • rond boomstammen om schokken te vermijden. Deze bescherming bestaat uit soepele buizen rond de stam. De buizen worden bedekt met houten planken die onderling met elkaar verbonden zijn via soepele verbindingsstukken;

    Bescherming van de bomen met activiteiten binnen de perimeter van het wortelgestel© Leefmilieu Brussel

  • de wortels beschermen door bepaalde activiteiten in de buurt van de wortels te vermijden, zoals de opslag van vervuilende producten, de opslag van materiaal, graven/ophogen of verdichten van de bodem enz.;

    Te vermijden activiteiten binnen de perimeter van het wortelstelsel© Leefmilieu Brussel

  • in elk geval grondverzakkingen door graafmachines vermijden, vooral in te beschermen zones of zones die nog beplant moeten worden. Zorg daarom voor werfrijstroken via:

    • rijplaten;
    • geotextiel bedekt met een neutraal materiaal (zoals porfier maar geen puin);
    • de gepaste signalisatie (oranje net);
  • drastisch maaien of snoeien vermijden;
  • lokale grond op de site bewaren en hergebruiken;
  • rekening houden met invasieve plantensoorten: ga na welke grond op de site terechtkomt, maak de wielen van de voertuigen schoon, leer het personeel de voornaamste invasieve soorten te herkennen en scherm ze indien nodig af;
  • vermijden dat grondoppervlakken bloot blijven liggen in de lente of zomer, door ze opnieuw aan te planten, opnieuw in te zaaien of te bedekken met geotextiel;
  • zorgen voor afsluitings- en drainagegreppels op de site in de buurt van waterlopen, natte zones of putten, om te vermijden dat het water daar naartoe stroomt (mogelijk vervuild afvalwater). Zie ook de maatregelen in de voorziening | beperking van de verontreiniging van de bodem, de ondergrond en het water op de werf;
  • het afvalbeheer organiseren;
  • in de mate van het mogelijke vermijden dat bomen of hagen te brutaal worden blootgesteld aan wind en zon door hun leefomgeving plotseling te veranderen;
  • bomen beschermen tegen stof, rook en extreme temperaturen;
  • lichtvervuiling door kunstlicht op de werf beperken. Dit kan een impact hebben op:

    • de fauna (aantrekking, sterfte);
    • de fotosynthese van de flora, wat de ontwikkeling ervan ontregelt (vertraging in het vallen van de herfstbladeren wanneer de vorstperiodes beginnen enz.).

Hoe kunnen we ervoor zorgen dat deze beschermingsmaatregelen ook effectief worden ingevoerd?

De aannemer is verantwoordelijk voor de invoering van de maatregelen om de impact van de werken op de biodiversiteit te beperken. Het ontwerpteam waakt er daarom over dat de maatregelen die absoluut op de werf moeten worden toegepast, worden opgenomen in het eisenprogramma en vervolgens in het bestek.

De milieucoördinator waakt op zijn beurt over de correcte toepassing en de naleving van de maatregelen ter bescherming van de biodiversiteit.

Meer weten

In de Gids

Voor meer informatie in verband met dit onderwerp:

Voorziening | Beperking van de geluidshinder van de werken

Voorziening | Beperking van de visuele hinder van de werken

Voorziening | Beperking van de verontreiniging van de bodem, de ondergrond en het water op de werf

Voorziening | Beperking van de luchtverontreiniging op de werf

Andere publicaties van Leefmilieu Brussel

Bibliografie

Reglementering

Laatste herziening op 08/12/2020