Terug naar

Nagaan welke de meest aangewezen bijkomende passieve of hernieuwbare koeltechniek is (enkel indien comfort nog niet gehaald)

Indien de voorgaande stap onvoldoende is om een goed comfort te realiseren kan men evalueren welke bijkomende vorm van passieve of hernieuwbare koeling het meest aangewezen is om toe te voegen.

Men zal voor elk van de betreffende technieken nagaan wat de impact is van deze techniek op het comfort en het energieverbruik. De technieken zijn:

Hoe?

  • Men voegt deze techniek toe aan het warmtebalansmodel
  • Met bekijkt de impact op de oververhittingsindicator (woningen) of de temperatuuroverschrijdingen of de maximum temperatuur (kantoren)
  • Met maakt een schatting van het energie- en of waterverbruik

Op basis hiervan zal men analoog aan het bovenstaande voorbeeld voor nachtventilatie een inzicht krijgen in de energiebesparing t.o.v. een referentiescenario met een klassiek koelgroep of het absoluut energieverbruik. Dit kan men dat plaatsen t.o.v. de investeringskost. Let wel: investeringskost dient afgewogen te worden t.o.v. alle baten. Onderstaand een samenvattende tabel met de in rekening te brengen parameters. Het is verder van essentieel belang, om een goede vergelijking te kunnen maken tussen de verschillende technieken, dat men deze vergelijkt met dezelfde conformeisen als randvoorwaarde, b.v. categorie I volgens de NBN EN 15251. Elke techniek wordt dan gedimensioneerd om een bepaalde zelfde comforteis te halen en heeft een bepaald energieverbruik dat ook bepaald wordt door deze comforteis. Namelijk, hoe strenger de comforteis, hoe hoger het energieverbruik. Een overzicht van de mogelijke comforteisen staat onder ‘Doelstellingen'.

In rekening te brengen parameters bij een vergelijkende studie

CriteriumInvesteringskostenVerbruik (incl. onderhoud)Baten t.o.v. referentie

Free-cooling/

nachtventilatie

Alle componenten verbonden aan het ventilatie-traject (opengaande ramen, doorvoerroosters, schachten, ventilatoren, …)Energieverbruik ventilatoren, onderhoud

Verbruik klassieke koelinstallatie

MIN

Verbruik free-cooling of nachtventilatie

Aardwarmte-wisselaarMateriaalkosten + plaatsing + eventueel bijkomende graafwerkenExtra energieverbruik ventilatoren, onderhoud

Verbruik klassieke koelinstallatie

MIN

Verbruik aardwarmte-wisselaar

Adiabatische koelingMateriaalkosten + plaatsingExtra energieverbruik ventilatoren, waterverbruik en - behandeling, extra pompenergie, onderhoud

Verbruik klassieke koelinstallatie

MIN

Verbruik adiabatische koeling

Onderstaande tabel geeft als eerste indicatie oplossingen voor koeling in functie van de mogelijks toe te passen technieken en het type gebouw. Energie-efficiëntie is de achterliggende beslissingsparameters voor de in inhoud van de tabel.

Indicatieve keuzes koeltechnieken in functie van mogelijks te gebruiken technieken en type gebouw

Mogelijke techniekenWoning (met beperkt te koelen vermogen)Groot gebouw met beperkt te koelen vermogenGroot gebouw met groot te koelen vermogen

Nachtventilatie + ev. free-cooling

en/of

Aardwarmtewisselaar

Nachtventilatie + ev. free-cooling aangevuld met aardwarmtewisselaar indien deze geïnstalleerd is voor verwarming. Woningen zijn in principe zo ontwerpen dat koeling niet nodig is. Indien toch nodig, dan is een aardwarmtewisselaar steeds een betere optie dan actieve koeling.Nachtventilatie + ev. free-cooling aangevuld met een aardwarmtewisselaar indien nachtventilatie ontoereikend is.Nachtventilatie + ev. free-cooling en aardwarmtewisselaar aangevuld met doordacht geïnstalleerde actieve koeling (enkel wanneer nodig gebruikt en bij voorkeur op basis van hernieuwbare energie die zoveel mogelijk in free-chilling modus werkt).
Nachtventilatie + ev. free-coolingNachtventilatie + ev. free-cooling moet voldoende zijn. Indien niet dient het ontwerp aangepast te worden (b.v. performantere zonwering) Nachtventilatie + ev. free-cooling aangevuld met adiabatische koeling indien nachtventilatie ontoereikend is.Nachtventilatie + ev. free-cooling en adiabatische koeling en/of een doordacht geïnstalleerde actieve koeling (enkel wanneer nodig gebruikt en bij voorkeur op basis van hernieuwbare energie die zoveel mogelijk in free-chilling modus werkt).
AardwarmtewisselaarEen aardwarmtewisselaar installeren in een woning ten behoeve van koeling zou in principe niet nodig moeten zijn. Indien toch nodig, dan is dit een betere optie van actieve koeling.Aardwarmtewisselaar, eventueel met een overgedimensioneerd kanaalnet om aan free-cooling te doen via de luchtgroep. (energieverbruik wel steeds evalueren t.o.v. adiabatische of hernieuwbare koeling.Aardwarmtewisselaar, eventueel met een over-gedimensioneerd kanaalnet om aan free-cooling te doen via de luchtgroep (verhoogd debiet) + doordacht geïnstalleerde actieve koeling (enkel wanneer nodig gebruikt en bij voorkeur op basis van hernieuwbare energie die zoveel mogelijk in free-chilling modus werkt).
-Adiabatische koeling voor woningen bestaat, maar zou in principe niet nodig mogen zijn als de woning goed ontworpen is. Indien toch nodig, dan kan best gebruik gemaakt worden van hernieuwbare energie die zoveel mogelijk in free-chilling modus werkt.Adiabatische koeling, eventueel met een overgedimensioneerd kanaalnet om met een verhoogd debiet extra te kunnen koelen of met actieve koeling (bij voorkeur op basis van hernieuwbare energie die zoveel mogelijk in free-chilling modus werkt).Adiabatische koeling, eventueel met een overgedimensioneerd kanaalnet om aan free-cooling te doen via de luchtgroep (verhoogd debiet) en/of een doordacht geïnstalleerde actieve koeling (enkel wanneer nodig gebruikt en bij voorkeur op basis van hernieuwbare energie die zoveel mogelijk in free-chilling modus werkt).
Bijzonderheid aardwarmtewisselaars

Bij het integreren van een aardwarmtewisselaar in een warmtebalans wordt doorgaans het bodemtype gevraagd of de lambda-waarde van de bodem (zo niet wordt een defaultwaarde gebruikt). De thermische eigenschappen van de bodem zijn belangrijk omdat een aardwarmtewisselaar moet zorgen voor thermische uitwisseling tussen de lucht en de grond. Het geleidingsvermogen van de verschillende bodemsoorten al naargelang hun vochtgehalte, wordt hieronder beschreven. De efficiëntie van de aardwarmtewisselaar zal des te beter zijn indien het geleidingsvermogen van de bodem groter is. Onderstaande grafiek toont het geleidingsvermogen (lambda) van de grond i.f.v. de soort grond en de hoeveelheid water in de grond.

Geleiding van de grond i.f.v. vochtgehalteBron : scriptie van P.Hollmuller © Leefmilieu Brussel

Daarnaast, toont onderstaande grafiek het temperatuursverloop in de bodem in functie van de diepte. Men ziet duidelijk dat hoe dieper men gaat, hoe minder schommelingen er zijn in de grondtemperatuur (invloed van de buitentemperatuur). Deze grafiek toont dat de grondbuis een zekere minimale diepte moet hebben opdat de omliggende grond niet te sterk functie zou zijn van de buitentemperatuur. (Bij geothermie via verticale boringen, zie dossier | De beste productiewijzen voor hernieuwbare koeling kiezen , heeft men geen invloed meer van de schommelingen van de buitentemperatuur.)

Temperatuur van de bodem in functie van de diepte en het moment van het jaarBron: Mattmüller © Leefmilieu Brussel