De aanwezige habitats en soorten beschermen

Indien op een bouw- of renovatiesite habitats aanwezig zijn, moet men ze tot elke prijs beschermen, zoals voorgeschreven door de Ordonnantie betreffende het natuurbehoud , met uitzondering van bepaalde ongewenste soorten.

Zie Wat bevat de Natuurordonnantie? en Welke ongewenste soorten worden niet beschermd?

Deze eis heeft concreet betrekking op elk type interventie op een gebouw:

• nieuwbouw : rooien of snoeien van bomen op een perceel, sloop van een bijgebouw, ...;
• renovatie : spouwisolatie, inrichting van de zolder, ...;
• of elke andere kleine interventie : het plaatsen van een steiger kan bijvoorbeeld de toegang van vleermuizen tot hun schuilplaats verhinderen.

Tijdens een interventie op een gebouw zijn de belangrijkste habitats die men kan ontmoeten en moet beschermen die van vogels, insecten, kikvorsachtigen en reptielen, vleermuizen en andere zoogdieren. Een kennis van de soorten en hun favoriete habitats zal zeer nuttig zijn om de habitats en de aanwezige individuen te identificeren.

Zie Welke soorten zijn in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest aanwezig en moeten worden beschermd? en Een inventaris van de potentiële soorten maken

Men kan in een gebouw of op een perceel verschillende aanwijzingen herkennen, zoals uitwerpselen of vogels die op eenzelfde plaats aan- en afvliegen (met materiaal in de snavel voor de bouw van een nest, of voedsel voor de kuikens), enz.

Zie Wat zijn de aanwijzingen voor de aanwezigheid van emblematische soorten?

Indien op de site van een project (in het gebouw of op het perceel) een habitat en/of een soort worden geïdentificeerd, moet men gepaste maatregelen nemen om ze te beschermen. Deze maatregelen moeten geval per geval worden bepaald, zodat een beroep op een expert sterk aanbevolen is.