Terug naar

Een inventaris van de potentiële soorten maken

Om het potentieel te beoordelen, wordt ten minste een inventaris van de soorten vogels en vleermuizen op en rond de site gemaakt. Men kan een beroep doen op experts om de inventaris op te stellen.

De inventaris moet zowel kwantitatief als kwalitatief zijn en dus meer omvatten dan een gewone lijst van de op de site aanwezige soorten. Om zich over het ecologische belang van de soorten/habitats te kunnen uitspreken, is het immers belangrijk dat men kan beoordelen in welke staat ze zich bevinden.

Inventaris van de vleermuizen

Als het project in of in de nabijheid van een beschermde zone ligt, is de realisatie van een inventaris door een expert vereist. Want hoewel men in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 19 soorten vleermuizen aantreft, zijn alleen de dwergvleermuis en in mindere mate de laatvlieger echt aan een dichtbebouwde stedelijke omgeving aangepast en komen ze dus het meest voor.

Wat zijn de aanwijzingen voor de aanwezigheid van de emblematische soorten?

Inventaris van de vogels

Deze inventaris maakt een lijst van alle soorten die men gedurende een gegeven periode (in de stad 15 minuten) ziet en hoort, afhankelijk van de omvang van de site op verschillende punten. Om de meerderheid van de soorten op te tekenen, moet men de site tweemaal bezoeken (een eerste keer tussen 20 maart en 20 april, een tweede keer tussen 15 mei en 15 juni). De inventaris wordt 's ochtends opgesteld, in de uren na zonsopgang.

De aanwezigheid/afwezigheid van holenbroeders ) (zwarte roodstaart, grijze kwikstaart, grote gele kwikstaart) of semi-holenbroeders (gierzwaluw, huismus, boerenzwaluw en huiszwaluw) maakt het mogelijk om te beoordelen of de toevoeging van nestkastjes aan het gebouw wel of niet relevant is.

Inventarissen van andere zoogdieren, insecten, kikvorsachtigen en reptielen

Aangezien veel soorten strikt beschermd zijn, moet men voor het begin van de werken weten welke soorten aanwezig zijn.