Terug naar

Akoestiek van een systeemwand

Voorziening
Systeemwanden, of verwijderbare wanden, worden hoofdzakelijk in de dienstverlenende sector gebruikt en worden gewaardeerd voor hun flexibiliteit en lichtheid. Met deze wanden kunnen naar keuze binnenmodules worden ontworpen. Ze bestaan in opake of beglaasde uitvoeringen en hebben een geluidsisolatiecoëfficiënt die varieert naargelang van de samenstelling van de wanden en de aansluitingen ertussen.

Systeemwanden worden aangewend om een zekere luchtgeluidsisolatie te realiseren tussen verschillende ruimten.

Systeemwanden mogen niet worden verward met mobiele wanden die flexibeler zijn en vaker kunnen worden verplaatst (een mobiele wand kan op dezelfde dag worden gedemonteerd en heropgebouwd).

 

image01© PAN-ALL

Welke invloed oefenen systeemwanden uit op de akoestiek?

De geluidisolatie van systeemwanden kan op verschillende manieren gerealiseerd worden, vb. door het aanbrengen van massa, door een massa-veer-massa systeem,... De geluidisolatie wordt in labo getest en aangegeven in de productfiche onder de parameter R w (akoestische verzwakkingsindex voor luchtgeluid).

In welke gevallen opteert men voor systeemwanden?

  • Lichte constructies brengen geen extra belasting op de structuur met zich mee, wat zich tot alle situaties leent (zowel verbouwing/renovatie als nieuwbouw ).
  • Systeemwanden worden voornamelijk toegepast in de tertiaire sector , meer bepaald in kantoorgebouwen. De opake wanden vormen een alternatief voor gipskartonwanden. De beglaasde systeemwanden maken een transparante werkomgeving mogelijk.
  • Systeemwanden kunnen gemakkelijk verplaatst worden, waardoor ze kunnen toegepast worden in flexibele situaties.
  • Het betreft hier echter een flexibiliteit op middellangdurige schaal. Het verplaatsen van systeemwanden vergt vaak bijkomende voorzieningen, zoals het verplaatsen van akoestische barrières, het eventueel inslijpen of aanpassen van soepele voegen in de contactgeluidisolatie,... waardoor slecht een zekere mate van flexibiliteit wordt bereikt. De situatie kan eenvoudiger aangepast worden dan bij massieve wanden of bij gipskartonwanden. Er is echter geen dagelijkse flexibiliteit zoals bij mobiele wanden het geval is.
  • Systeemwanden hebben het voordeel gemakkelijk, snel en zonder veel hinder (stof,...) geplaatst te kunnen worden.

Welke types systeemwanden bestaan er?

Elke producent/plaatser van systeemwanden heeft verschillende productlijnen in zijn gamma. Deze variëren meestal qua design (meer of minder duidelijke profilering, materiaalkeuze,...).

Binnen één productlijn worden vaak zowel opake als transparante wandelementen aangeboden. Op basis van dit onderscheid worden hieronder de aspecten met betrekking tot akoestiek besproken.

Types Subtypes
Ondoorschijnende systeemwanden Enkelvoudige draagstructuur
Ontdubbelde draagstructuur
Beglaasde systeemwanden Enkel systeem met één enkel gelaagd veiligheidsglasblad
Dubbel systeem met twee enkele geharde veiligheidsglasbladen
Dubbel systeem met twee keer gelaagd veiligheidsglasblad

OPAKE SYSTEEMWANDEN

Deze systeemwanden worden toegepast als alternatief voor gipskartonwanden. De geluidisolatie berust net zoals bij gipskartonwanden (zie voorziening Lichte gipskartonwand) op een combinatie van voldoende massa en een massa-veer-massa systeem.

De geluidisolatie kan aldus verbeterd worden door:

  • een zwaardere of ander type beplating,
  • een ontkoppelde structuur,
  • een soepele spouwvulling (rotswol of minerale wol),
  • een bredere spouw (voornamelijk van belang bij lagere frequenties).

Voor meer informatie over de principes achter de geluidisolatie van opake systeemwanden wordt verwezen naar de voorziening Lichte gipskartonwand .

Deze wanden zijn in verschillende afwerkingen te verkrijgen : hout, metaal, effen kleuren, beprintingen,... Ook een akoestisch absorberende afwerking is mogelijk.

Opake systeemwanden

 

image02© Beddeleem

 

image01© PAN-ALL

 

image03© PAN-ALL

In grote lijnen worden twee types onderscheiden:

  • Enkelvoudige draagstructuur : hierbij wordt de systeemwand opgebouwd uit een beplating langs weerszijden aangebracht op een frame. De spouwruimte wordt meestal gevuld met rotswol. Met dit type wand kan een geluidisolatie van ca. 40 dB tot ca. 55 dB gerealiseerd worden.
  • Ontdubbelde draagstructuur : hierbij wordt de draagstructuur ontdubbeld. Aan elke draagstructuur wordt aan één zijde een beplating aangebracht. De spouwruimte wordt gevuld met rotswol. Dankzij de ontkoppeling van de structuur kunnen geluidisolaties tot ca. 65 dB gerealiseerd worden.

BEGLAASDE SYSTEEMWANDEN

De geluidisolatie van transparante systeemwanden wordt in eerste instantie bepaald door het glastype (zie voorziening Beglazing ), maar verder speelt ook de profilering een belangrijke rol. Bij naadloze systemen waarbij het glas koud tegen elkaar wordt geplaatst zonder profielen is de geluidisolatie soms beperkt. Daarentegen kunnen bij brede profielen en hoge geluidisolatie van het glas, de profielen bepalend zijn voor de geluidisolatie.

Beglaasde systeemwanden

 

image04© Beddeleem

 

image05© PAN-ALL

 

image06© Beddeleem

In grote lijnen worden twee types onderscheiden:

  • Enkel systeemmet één enkel gelaagd veiligheidsglasblad
  • Dubbel systeem

    • met twee enkele geharde veiligheidsglasbladen

      Bij een ontdubbelde glazen wand realiseert een combinatie van twee verschillende glasbladdiktes een betere geluidisolatie (zie voorziening Beglazing ). Elk glasblad heeft immers een resonantiefrequentie . Wanneer deze bij beide glasbladen dezelfde is, wordt deze resonantie verstrekt, waardoor een erg zwakke geluidisolatie wordt bekomen bij deze frequentie. Met verschillende glasbladdiktes kan een geluidisolatie tot ca. 45 dB gerealiseerd worden.

    • met twee keer gelaagd veiligheidsglasblad

      Ook hier is een verschillende glasbladdikte aan te raden omwille van het resonantiefenomeen. De geluidisolatie is gelijkaardig aan voorgaand, nl. tot ca. 45 dB.

Welke akoestische isolatie dient men te voorzien in combinatie met systeemwanden?

De te behalen geluidisolatie is sterk afhankelijk van enerzijds de samenstelling van de modules en anderzijds de aansluitingen. Hieronder worden de hierboven aangegeven geluidisolatiewaarden (Geluidisolatie in labo R w ) beknopt samengevat.

Belangrijk is dat onderstaande waarden, de geluidisolatie in laboratorium betreft. Men dient er rekening mee te houden dat elke wand in situ geplaatst steeds minder presteert dan in laboratorium door minder verzorgde aansluitingen,... Om deze redenen dient steeds een betere wand gekozen te worden dan men nodig heeft om het gewenste akoestische comfort te realiseren.

De tabel hieronder geeft de orde van grootte weer van de gewogen geluidsverzwakkingsindex R w , gemeten in labo op verschillende types systeemwanden.

Orde van grootte van akoestische isolatieniveaus behaald door systeemwanden

Type systeemwand Gewogen geluidsverzwakkingsindex gemeten in labo (R w )
Enkelvoudige opake wand Van ca. 45 dB tot ca. 55 dB
Ontdubbelde opake wand Tot ca. 65 dB
Beglaasde wand: Enkel systeem met één enkel gelaagd veiligheidsglasblad Tot ca. 35-40 dB
Beglaasde wand: Dubbel systeem met twee enkele geharde veiligheidsglasbladen Tot ca. 35-45 dB
Beglaasde wand: Dubbel systee met twee keer gelaagd veiligheidsglasblad Tot ca. 45 dB

(Bron: gegevens afkomstig van de verschillende fabrikanten)

Waarop moeten worden gelet bij de uitvoering van systeemwanden?

Systeemwanden worden niet noodzakelijk tussen ruwbouwvloer en ruwbouwplafond voorzien. Wanneer zij op een verhoogde vloer of onder een verlaagd plafond worden voorzien, dienen akoestische barrières onder of boven de wand voorzien te worden. Deze barrières vallen meestal onder de verantwoordelijkheid van de aannemer van de systeemwand.

De globale akoestische kwaliteit wordt bepaald door zijn zwakste elementen. Daarom dient men er voor te zorgen dat er geen verzwakkende elementen aanwezig zijn in de wand. Bij een systeem wand betekent dit:

  • De aansluitingen aan aanliggende constructies mogen geen verzwakking geven.

    • Bij een massieve constructie (linker figuur hieronder) dient de spleet tussen massieve constructie (wand, vloer of plafond) zo minimaal mogelijk te zijn en afgedicht te worden met een soepele kit. Indien nodig wordt een eventuele spleet gedicht met rotswol.
    • Bij de aansluiting op een gevelprofiel (midden figuur hieronder), dient ook via dit gevelprofiel voldoende geluidreductie gerealiseerd te worden. Indien nodig dient het gevelprofiel verzwaard of afgeschermd te worden. 
    • Lichte constructies (rechter figuur hieronder) mogen nooit doorlopen over twee ruimten.

    Opake systeemwanden : (links) aansluiting op massieve constructie – (midden) aansluiting op gevelprofiel - (rechts) aansluiting op lichte wand

     

    image07© Beddeleem

     

    image08© Beddeleem
  • Indien een zwevende dekvloer (zie voorziening Gegoten zwevende dekvloer en Lichte/droge zwevende dekvloer ) aanwezig, dan dient deze steeds onderbroken te zijn ter plaatse van de lichte systeemwanden.
  • Ook via de verhoogde vloer of het verlaagde plafond dient voldoende geluidreductie gerealiseerd te worden. De akoestische barrière dient minimaal over dezelfde kwaliteit te beschikken als de wand zelf. Zoniet, dient de verzwakking in rekening gebracht te worden bij de keuze voor een type systeem wand.
  • Doorboringen (vb. kanalen, constructie-elementen,...) doorheen de systeemwand zijn te vermijden en indien onvermijdelijk zo luchtdicht mogelijk afgewerkt te worden. Steeds moet gegarandeerd worden dat de gekozen opbouw ook aan de aansluitingen wordt gerealiseerd. De ruimte tussen de doorvoeropening en het doorvoerende element is zo klein mogelijk en steeds gedicht met een soepel materiaal om eventuele trillingsoverdracht te vermijden.
  • Zoals hierboven aangegeven dient steeds een betere wand gekozen te worden dan men theoretisch nodig heeft om het gewenste akoestische comfort in situ te realiseren.

Bestek

In het bestek dienen volgende zaken opgelegd te worden naar de aannemer toe (afhankelijk van type bestek) :

  • Criteria luchtgeluidisolatie (gewogen gestandaardiseerde luchtgeluidisolatie in situ, D n,Tw ) te realiseren tussen verschillende ruimten eventueel met gepaste aanpassingstermen C of C tr .
  • Minimale luchtgeluidisolatie van de systeemwand in labo (gewogen geluidsverzwakkingsindex, R w ) (cf. norm NBN EN ISO 10140-2) eventueel met gepaste aanpassingstermen C of C tr .
  • Type systeemwand
  • Eventuele nodige beschrijvingen van akoestische barrières boven of onder de wand, aansluitingen,...

Meer weten

In de Gids

Voor meer informatie met betrekking tot het onderwerp:

Andere publicaties van Brussel Leefmilieu

Websites

Bibliografie

  • Hamayon, L. (2013), Réussir l'acoustique d'un bâtiment , Le Moniteur, Antony (in het Frans)

Normen

  • Norm NBN EN ISO 10140-2: Geluidsleer - Laboratoriummeting van geluidisolatie van bouwelementen - Deel 2: Meting van luchtgeluidsisolatie
Laatste herziening op 30/03/2017