Terug naar

Akoestische correctie van de lokalen

Vorm van het lokaal: De geometrie van de lokalen optimaliseren

Afhankelijk van de bestemming van het lokaal worden afmetingen aanbevolen die de akoestiek bevorderen. Een regelmatige geometrie kan onaangenaam zijn voor de akoestiek van een lokaal. Het is onder meer belangrijk dat men de verhoudingen tussen de hoogte, de lengte en de breedte juist kiest en vooral de volgende verhoudingen vermijdt: (h, b, l) = (x, nx, nx). Veel wetenschappers hebben de ideale oplossing bestudeerd, onder wie Louden (de onderstaande tabel toont de verhoudingen die hij aanbeveelt door ze aan een kwaliteitsindex te koppelen).

Verhoudingen van Louden

Kwaliteithoogtefactor xfactor y
111.91.4
211.91.3
311.52.1
411.52.2
511.21.5
611.42.1
711.11.4
811.81.4
911.62.1
1011.21.4
Kwaliteithoogtefactor xfactor y
1111.61.2
1211.62.3
1311.62.2
1411.81.3
1511.11.5
1611.62.4
1711.61.3
1811.91.5
1911.11.6
2011.31.7

Bij elke "verhouding" van de dimensies van een lokaal hoort een kwaliteitsindex. Hoe hoger de kwaliteitsindex, hoe slechter de akoestische isolatie van het lokaal. Als het lokaal 2,3 m hoog is, streeft men naar een breedte van 4,37 m en een diepte van 3,22 mm.

Keuze van de afwerkingsmaterialen

De galm van het geluid in een lokaal kan de geluidsomgeving oncomfortabel maken. Men kan deze situatie verbeteren door de akoestische absorptie van de wanden te vergroten om de nagalmtijd te verkorten. Het principe van een absorberend materiaal is de demping van de trillingen door de weerkaatsing van het geluid op een wand te verhinderen. Dit is een oppervlakteverschijnsel dat met behulp van materialen met open structuur wordt verkregen. Vezelmaterialen en materialen met een open porositeit (vasttapijt, gordijnen, kleding, kurk...) absorberen het geluid zeer goed. Afhankelijk van zijn aard zal elk materiaal andere geluidsfrequenties absorberen.

Afhankelijk van zijn aard en dikte zal elk materiaal andere geluidsfrequenties absorberen.

Keuze van de dikte van het absorberend materiaal voor de opvang van geluidsgolven (ten minste gelijk aan 1/4 van de golflengte)

Keuze van de dikte van het absorberend materiaal voor de opvang van geluidsgolven (ten minste gelijk aan 1/4 van de golflengte)

Om een geluid met frequentie f te absorberen, moet men een laag materiaal aanbrengen met een dikte die ten minste gelijk is aan 1/4 van de golflengte. Hoe dikker het materiaal, hoe lager de frequenties die het kan absorberen.

Maar geluiden met een zeer grote golflengte (in de orde van een meter, zoals infrasone geluiden) kunnen moeilijk worden opgevangen, omdat men er zeer grote akoestische structuren voor zou nodig hebben.

Men kan het volledige geluidsspectrum dekken door in eenzelfde kamer een samenstel van verschillende absorptiesystemen toe te passen:

  • Hoge frequenties: poreuze, vezelachtige materialen en textiel
  • Middenfrequenties: dikte van de materialen
  • Lage frequenties: resonators (geperforeerd materiaal met een ruimte tussen de wand)

De plafonds zijn niet afgewerkt, om een goede thermische inertie te verzekeren. Met geperforeerd hout beklede isolatiepanelen absorberen het geluid

De plafonds zijn niet afgewerkt, om een goede thermische inertie te verzekeren. Met geperforeerd hout beklede isolatiepanelen absorberen het geluid
De plafonds zijn niet afgewerkt, om een goede thermische inertie te verzekeren. Met geperforeerd hout beklede isolatiepanelen absorberen het geluid
De plafonds zijn niet afgewerkt, om een goede thermische inertie te verzekeren. Met geperforeerd hout beklede isolatiepanelen absorberen het geluid

[ 040 ] Aéropolis - Architectes Associés © MATRIciel

Belangrijke opmerking

De aanwezigheid van absorberende materialen in een appartement verbetert de geluidsesthetiek maar verlaagt het door de buren waargenomen geluidsniveau niet. Akoestische correctie verbetert de geluidsesthetiek in het lokaal waar ze wordt toegepast, door de nagalmtijd te verkorten, maar is geen strategie voor de isolatie tegen of de demping van luchtgeluid en contactgeluid.

Weerkaatsende en absorberende oppervlakken aanpassen, ook in technische of luidruchtige lokalen

De toestand van het oppervlak en de samenstelling van de wanden (muren, plafonds, vloeren) van een ruimte bepalen in grote mate haar akoestische kenmerken.

Afhankelijk van de bestemming van een lokaal wisselt men weerkaatsende wanden (bijvoorbeeld bepleisterde muren) af met absorberende wanden (bijvoorbeeld een geperforeerde voorzetwand met isolatiemateriaal).

Om tussen twee weerkaatsende parallelle muren een pingpongeffect te vermijden, moet een van beide met een absorberend materiaal worden bekleed.

Behalve de wanden kunnen nog andere elementen de nagalm beperken: akoestische schermen, stoffen (tapijt, spanplafond, enz.), maar eveneens meubilair.

De nieuwe akoestische norm voor residentiële gebouwen vereist de afzwakking van nagalm in gemeenschappelijke delen zoals gangen en trappenhuizen (norm NBN S01-400-1).