Welke types koelplafond zijn er?
Koelplafonds kunnen op twee manieren geïmplementeerd worden:
- ofwel door in een pleisterlaag ingewerkte spiraalbuizen (stralingseffect);
- ofwel door tegen een hangend plafond aangebrachte spiraalbuizen (stralings- en convectie-effect).
De ingewerkte spiraalbuizen worden bij renovatieprojecten gewaardeerd omwille van hun geringe dikte, terwijl het hangende plafond de voordelen biedt dat het maakt dat de inertie van de plaat bewaard blijft, dat het moduleerbaar is en dat het met andere technieken gecombineerd kan worden, zoals verlichting, sensoren, een akoestische behandeling, ...
Ingewerkt koelplafond op pleisterlaag links en hangend metalen koelplafond rechts
Deze techniek onderscheidt zich van de kernactivering door zijn reactiviteit.
In tegenstelling tot andere emissiesystemen creëert het koelplafond bovendien ook geen luchtstroom en werkt het geruisloos.
Verder dient vooral de nodige aandacht geschonken te worden aan de akoestische behandeling waarvan de hangende elementen het emissierendement van het koelplafond verkleinen (naar rato van 10 à 20%, al naargelang de configuratie).
En tot slot worden koelplafonds voornamelijk gebruikt bij tertiaire activiteiten .
Welke parameters beïnvloeden de dimensionering van een koelplafond?
Het type koelplafond en zijn afmetingen worden bepaald aan de hand van de leveranciersgegevens en op basis van het in de ruimte af te voeren koelvermogen. Voor de dimensionering wordt aangeraden om een beroep te doen op gespecialiseerde studiebureaus en de leverancier.
Het emissievermogen varieert in elk geval in functie van het respectieve type koelplafond en de gebruikte technologie:
- bij ingewerkte spiraalbuizen : ca. 50 à 70 W/m² koelplafond in functie van de bekleding;
- bij hangende plafonds met spiraalbuizen in plastic (bv. polypropyleen) en een profiel in aluminium : ca. 70 à 80 W/m² koelplafond;
- bij hangende plafonds met geïntegreerde spiraalbuizen in koper en een profiel in aluminium : ca. 90 à 110 W/m² koelplafond.
Wat met het omkeerbare koelplafond?
Het koelplafondemissiesysteem kan ook gebruikt worden in de winter, op basis van een lage-temperatuurregime (32/35°C). Toch dient hier de aandacht met name gevestigd te worden op het risico van een gebrek aan comfort bij de verdeling van de warmte in de ruimte. In tegenstelling tot de koude zal de warme lucht immers de neiging vertonen om tegen het plafond te blijven hangen.
Welk temperatuurregime kiezen?
Voor een verbetering van de energieprestatie van het verwarmings- en/of koelsysteem zal voor een laag-temperatuurregime in verwarmingsmodus en een hoog-temperatuurregime in koelmodus geopteerd worden .
Hoe condensatierisico's vermijden?
Klimaatregelingssystemen zorgen voor een risico op condensatie ter hoogte van de elementen voor de verdeling en emissie van de koude. Om de risico's op condensatie te beperken, kunnen de volgende maatregelen getroffen worden:
- verhogen van het temperatuurregime;
- ontvochtigen van de lucht;
- verhogen van de ventilatiedebieten;
- isoleren van de leidingen en hulpstukken;
- doeltreffend reguleren.
Welke afwerkingsmogelijkheden zijn er?
Er zijn meerdere afwerkingen mogelijk, zowel voor koelplafonds met een vlies over pleister (type materialen) als voor hangende koelplafonds (onderzijde van de bakken, kleuren en perforaties). De weerhouden afwerking zal daarbij echter wel een impact hebben op de thermische weerstand van het systeem en dus op de emissie van het koelplafond.
Thermische weerstand in functie van de afwerking van een koelplafond met vlies over pleister
Thermische weerstand [m².K/W] | |
---|---|
Gipspleisterlaag 15 mm | 28 |
Gipspleisterlaag 20 mm | 36 |
Kalkpleisterlaag 15 mm | 18 |
Kalkpleisterlaag 20 mm | 23 |
Cementpleisterlaag 15mm | 13 |
Cementpleisterlaag 20 mm | 15 |
Akoestische pleisterlaag 2 mm | 70 |
Bij hangende plafonds zal de thermische weerstand van het systeem tussen 35 en 50 m².K/W schommelen, al naargelang het type bevestiging.
Meer weten
In de Gids
Voor meer informatie over alternatieve lichamen verwijzen we naar de volgende voorzieningen:
- Voorziening | Convector, ventilerende convector, inductieconvector
- Voorziening | Activering van de betonkern
- Voorziening | Koelbalken
- Voorziening | Systeem met variabel koelmiddeldebiet
*** Lien à ajouter: Verwarming/koeling door ingeblazen lucht ***
Voor een onderlinge vergelijking van de lichamen, zie de menu's:
Voor de verschillende stappen in het ontwerp van een koelinstallatie zie het dossier:
Een concreet voorbeeld van koudeproductie en de emissie via koelplafonds kunt u bekijken in het filmpje over de casestudy "Spastraat":
- Video | Koudeproductie met free chilling in het project "Spastraat"
Andere publicaties van Leefmilieu Brussel
- Architecture et Climat (2004), Cahier des charges énergétiques pour les installations de chauffage , Région Wallonne, Jambes
- Les améliorations possibles dans le cas des bâtiments existants, Stratégie du froid pour les bâtiments tertiaires et les bureaux bruxellois, Séminaire Bâtiment Durable
Websites
Reglementering
-
EPB-reglementering voor klimaatregeling
- Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 15 december 2011 betreffende het onderhoud en de controle van klimaatregelingssystemen en betreffende de geldende EPB-eisen bij hun installatie en tijdens hun uitbating
- Verplichtingen met betrekking tot het onderhoud van installaties van meer dan 12kW
-
Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 22 maart 2012 betreffende koelinstallaties en Europese Verordening (EU) nr. 517/2014
- teneinde elk koelmiddellek te vermijden, dat een impact kan hebben op de ozonlaag of het broeikaseffect
- Minimale kwalificatie van koeltechnici, dichtheidscontroles en te treffen maatregelen met betrekking tot koelinstallaties
- Ecodesignrichtlijn (Europese Richtlijn nr. 2009/125/EG)
- Verordening betreffende airconditioners £ 12 kW (Verordening (EU) nr. 206/2012)
- Labelingrichtlijn (Europese Richtlijn 2010/30/EG)