Inhoudstafel
Strategie
Het project heeft een structuur in houtskeletbouw van het type gordijnmuur: een lichte gevelmuur, bevestigd aan de buitenzijde van de primaire structuur van het gebouw en samengesteld uit met voegen aan elkaar verbonden gevelelementen. De strategie voor de luchtdichtheid is gebaseerd op het principe van de vorming van een afdichtingsbarrière die afhankelijk van het geval van binnen naar buiten gaat.
Plan van de benedenverdieping en de 2 de verdieping
Legende:
- Trappenhuis dat deel uitmaakt van het luchtdichte volume
- Atelier dat deel uitmaakt van het luchtdichte volume
- Incubator die deel uitmaakt van het luchtdichte volume
(Bron: Architectesassoc )
De inrichtingen
Verbinding tussen caissons
De keuze van de verbinding tussen de caissons, namelijk kleefband , genoot de voorkeur tegenover rubberen strips (EPDM). Kleefband maakt immers een betere visuele controle mogelijk en kan gemakkelijker worden gecorrigeerd.
Aansluiting op het niveau van de kroonlijst
Om een continuïteit te verzekeren tussen het membraan aan de binnenzijde enhet dakmembraan aan de buitenzijde, werd in de kroonlijst een dun soepel membraan aangebracht dat de twee membranen met elkaar verbindt.
Detaildoorsnede van de kroonlijst
Legende:
- Luchtafdichting van het dak
- Aan de binnenzijde luchtdichte gevelcaisson
- Luchtdicht raam
Aansluiting onderaan het raam
De regel rust op mortel die op zijn beurt op een strook waterdicht EPDM ligt. Aan de binnenzijde bedekt kleefband de regel en de luchtdichte betonnen plint. Het raam heeft eveneens een luchtdichte verbinding met de regel.
Aansluitprofiel van het raam
Legende:
- Keefband
- Droge mortel
- EPDM
Aansluiting tussen de incubator en het atelier
UEen luchtdicht membraan is met kleefband op het prefabpaneel bevestigd. Het membraan is op de druklaag van de vloerplaat gelijmd, waarop een vel polyethyleen aangebracht is om de luchtdichtheid te verzekeren. Het volume van de incubator is afgedicht tegenover dat van het atelier.
Detail van de aansluiting tussen incubator en atelier
Legende:
- Afdichtingsstrook + kleefband
- Isolatie
- Op de bouwplaats uitgevoerde afdichting
- Prefabpaneel
- Gevelbekleding
Vel polyethyleen rond de kolommen
Op het gevelpaneel gelijmde luchtdichte strook
Aansluiting aan de voet van het atelier
De aansluitingen worden met kleefband gemaakt, zoals bij de voet van de incubator, met als enige verschil dat de betonnen plint zichtbaar blijft. De aansluiting is met een afwerkplaat bekleed om ze te verbergen en te beschermen.
Atelier tijdens de werken
Zoom op het kleefband
Afgewerkt atelier
Legende:
- Betonnen plint
- Kleefband
- Met een afwerkstrook verborgen kleefband
Hoekaansluiting
De hoeken worden op de bouwplaats geassembleerd. In twee stappenaangebracht kleefband verzekert de luchtdichtheid. Men kan het aan de 1 ste zijde lijmen, daarna op de 2 de zijde uitlijnen en vastkleven.
Détail d'angle (
Legende:
- Kleefband
- Prefabpaneel
- Gevelbekleding
- Vulling met steenwol
Aansluiting op het gelijmde glas van de buitengevel.
De afdichting van de gelijmde ruiten is van buitenuit gebeurd en de prefabplaten zijn van binnenuit luchtdicht gemaakt. Men heeft wachtslabben onderaan de houten skeletten van de incubators en de houten skeletten van het gelijmde buitenglas geplaatst om de afdichting van de binnenlucht met die van de buitenlucht te verbinden. Aan de voet van de gevel werd een gelijksoortig detail uitgevoerd.
Cafetaria in aanbouw
Detail van het 1 ste gevelraam van de cafetaria
Aandachtspunten
- Het bitumenmembraan werd met de vlam gelijmd, waarbij bepaalde dampremmers aan de binnenzijde gedeeltelijk werden verbrand. Men moet rekening houden met de incompatibiliteit tussen de verschillende soorten lijm en lijm/lastechnieken.
- De algemene aannemer is verantwoordelijk voor de globale luchtdichtheid.
- Voor de goede uitvoering van de methode met het lijmen met kleefband is het van het grootste belang dat men vooraf de niet voor het lijmen toegankelijke delen identificeert.
- De overgang van het binnenvlak naar het buitenvlak en de betrokkenheid van meerdere onderaannemers bij de realisatie van een luchtdichtheid wand zijn moeilijk te beheren en kunnen het gewenste resultaat in het gedrang brengen.
- Indien men geen intermediaire tests uitvoert, zijn regelmatige visuele inspecties essentieel voor een goede luchtdichtheid (resultaat: n50 = 0,6 vol/u voor de incubators en n50 = 1,5 vol/u voor de ateliers).
Link naar meer informatie over de problematiek van de luchtdichtheid: