De fietsparkeerplaatsen worden bij de eerste architecturale schets ontworpen en vervolgens bijgeschaafd naarmate men het project verder ontwikkelt, tot de afronding van het dossier voor de aanvraag van de stedenbouwkundige vergunning. De volgende informatie verduidelijkt de aandachtspunten tijdens het ontwerp voor het geheel van de voorzieningen.
Aantal fietsparkeerplaatsen
Het aantal fietsparkeerplaatsen wordt door de regelgeving gedefinieerd op basis van een minimumaantal plaatsen per gebouw. De behoefte aan fietsenstallingen verschilt echter per gewest, per stad, per wijk en type gebouw.
Op basis van het principe dat elke fiets zijn eigen parkeerplaats moet hebben, stelt de Gids de volgende grootteordes uit het vademecum voor, die door een enquête onder de gebruikers kunnen worden aangepast aan de lokale omstandigheden van elk project.
Bestemming binnen het Gewest | Aantal fietsparkeerplaatsen |
---|---|
Bedrijven, werknemers | 1 per 4 werknemers of 1 per 100 m² vloeroppervlakte |
Treinstation, intermodale knooppunten, haltes langs drukke lijnen | 10% van de vertrekkende reizigers, 25% van de aankomende reizigers |
Ander haltes (openbaar vervoer) | 4-6 per halte |
Winkels (algemeen) | 1,5 per 100 m² |
Winkelstraat | 20 plaatsen om de 50 tot 100 m |
Basisschool, volwassenen | 1 per 20 leerlingen |
Basisschool, leerlingen | 1 per 10 leerlingen |
Middelbare school | 2 per 10 leerlingen |
Universiteiten | 2 per 6 studenten |
Overheidsdiensten | 2 per receptie |
Woningen (bewoners) | 1 per woning – 1 per slaapkamer |
Woningen (bezoekers) | 1-2 per 10 wooneenheden |
Concertzalen, schouwburgen, bioscopen | 1-2 per 10 bezoekers |
Sportfaciliteit | 3 per 10 bezoekers |
Stadion, normale dag | 1 per 20 bezoekers |
Stadion, groot evenement | Evenementfaciliteiten voor 5% van de bezoekers |
Musea | 1 per 100 m² tentoonstellingsruimte |
Restaurant | 1 per 10 plaatsen |
©vademecum 7: Fietsparkeervoorzieningen
Er moeten altijd fietsparkeerplaatsen (minstens 5% van de plaatsen) worden gereserveerd voor speciale fietsen.
Type in functie van de bestemming
Onderstaande tabel geeft per gebouwbestemming de behoeften van de fietsers weer.
Aantal fietsparkeerplaatsen | Toegangs- controle | Permanent toezicht | Type | Overdekt of binnen |
---|---|---|---|---|
Kleinhandelszaak, overheidsdienst (korte parkeertijd) | ||||
1-20 | Nee | Nee | Op straat | Niet nodig |
20-200 | Mogelijk | Beperkt | Op straat | Niet nodig |
200+ | Gepersonaliseerde toegangscontrole | Ja | Op straat met hek, parking evenementen | Niet nodig |
Sport-, commercieel of cultureel centrum (middellange parkeertijd) | ||||
1-20 | Automatisch of hangslot Mechanisch | Beperkt | Fietsbox, fietskluis, fietslokaal | Overdekking voor 50% minimaal |
20-200 | Gepersonaliseerd of automatisch | Ja | Fietsenstalling gesloten | Overdekking voor 50% minimaal |
200+ | Gepersonaliseerd of automatisch | Ja | Fietsenstalling afgesloten, parking evenementen | Overdekking voor 50% minimaal |
School, werkplaats, collectieve huisvesting (lange parkeertijd) | ||||
1-20 | Automatisch of hangslot Mechanisch | Beperkt | Fietsbox, fietskluis, fietslokaal | Ja |
20-200 | Gepersonaliseerd of automatisch | Ja | Fietsenstalling gesloten | Ja |
200+ | Gepersonaliseerd of automatisch | Ja | Fietsenstalling gesloten | ja |
Naar "Het type parkeerplaats volgens de parkeerduur" in het vademecum
Meer informatie over de verschillende eisen per bestemmingstype in het vademecum Fietsparkeervoorzieningen.
Zie Voorziening | Fietslokalen en overkappingen om het type ruimte te bepalen.
Locatie
Van het gebouw
Op macroniveau mag men niet vergeten dat de ligging van een gebouw in de stad ten opzichte van het openbaar vervoer, de openbare voorzieningen of werkplekken doorslaggevend is om verplaatsingen per fiets te stimuleren.
Dit wordt besproken in het dossier | Actieve mobiliteit bevorderen.
Van de fietsenstallingen
Nabijheid van de ingang van het gebouw
De fietsenstalling moet zo dicht mogelijk bij de ingang van het gebouw liggen (idealiter op minder dan 20 mafstand). Voorbij 50 m verliest de parking zijn aantrekkingskracht. Daarnaast zorgt de locatie dicht bij de ingang voor een niveau van visuele / sociale controle.
Naargelang het gebruik van het gebouw
- Woningen: Bij grote woonblokken moeten meerdere fietsenstallingen worden voorzien en verdeeld over het perceel, afhankelijk van de ligging van de ingangen van het gebouw. Als de fietsenstalling zich in het gebouw bevindt, moet ze dicht bij de uitgang of het trappenhuis liggen en gemakkelijk toegankelijk zijn.
- Bedrijven: De fietsparkeerplaatsen voor bezoekers/klanten moeten worden gescheiden van die voor het personeel. De eisen verschillen namelijk naargelang de duur van het parkeren (afstand tot het gebouw, verlichting, bewegwijzering, enz.).
In het kader van het verplichte vervoerplan voor bedrijven met meer dan 100 werknemers moet er een plan van de fietsparking beschikbaar zijn waarop de parkeerplaatsen worden aangegeven.
Zie Leefmilieu Brussel | Vervoerplannen > Een fietsenstalling installeren
- Scholen: De toegang moet veilig worden gemaakt, vooral voor kinderen. Als de school meerdere ingangen heeft, worden de verschillende fietsenstallingen in functie daarvan verdeeld.
Binnen
Als het fietslokaal zich binnen bevindt, verdient een toegang op de begane grond de voorkeur, zonder dat men trappen of liften moet nemen, en indien mogelijk met een directe toegang naar buiten om te voorkomen dat men door meerdere deuren moet gaan.
Als het niet mogelijk is deze ruimte op de begane grond van het gebouw in te richten, is een ligging in de eerste kelder of op de eerste verdieping aanvaardbaar, op voorwaarde dat de fietsenstalling de volgende faciliteiten biedt:
- nieuwbouw: toegang via een hellingbaan/hellend vlak;
- renovatie: de trap uitrusten met een goot.
Bij renovatie
De uitdaging om het gebruik van de fiets te stimuleren bij renovatieprojecten is de moeilijkheid om een beschikbare ruimte te vinden, zowel in het geval van kantoren als van woningen. Er zijn meerdere oplossingen mogelijk:
- een leegstaande ruimte op de begane grond (onbewoonde woning, handelszaak, conciërgewoning, enz.) inrichten als fietsenstalling. De toegangen en deuren die naar het lokaal leiden eventueel verbreden. Indien nodig de bestaande deur versterken. De toegang beperken tot de gebruikers door een systeem met sleutels of badges. Vaste aanbindsystemen voor de fietsen plaatsen;
- een beveiligde fietsoverkapping bouwen op de binnenplaats van het gebouw, zo dicht mogelijk bij de ingang;
- andere creatieve oplossingen in functie van de beschikbare ruimte.
Bij een ondergrondse parkeergarage
Als het gebouw een ondergrondse parkeergarage heeft:
- zorgen voor een veilige en goed bewegwijzerde toegang voor fietsers. Conflicten met voetgangers en auto's in de parking vermijden. Als de toegangshelling wordt gedeeld door automobilisten en fietsers, moet deze worden beveiligd door middel van wegmarkeringen en bewegwijzering;
- ondergrondse fietsenstallingen op een lager niveau dan -1 zijn verboden.
Toegang
In de directe omgeving
De toegangswegen voor fietsen moeten veiligheids- en comfortkenmerken hebben die voor een groot deel bepaald worden door:
afmetingen:
- een minimale manoeuvreerruimte van 2 m garanderen tussen de fietsen enerzijds en vaste obstakels zoals muren anderzijds
vloerbedekking:
- die een goede hechting mogelijk maakt;
- die goed vlak is;
- die de waterafvoer mogelijk maakt;
- met markeringen;
- verlichting;
afwezigheid van obstakels:
- verlaging van de stoepranden, enz.;
- indeling die gecompliceerde of gevaarlijke manoeuvres vermijdt;
Zie GSV (Title VIII > Hoofstuk 3 > artikel 6 > Minimale kenmerken van fietsenstallingen)
Meer informatie over de te implementeren kenmerken inzake toegangswegen voor fietsen, vloerbedekkingen en bijbehorende verlichting vindt u in het Fietsvademecum, gepubliceerd door Brussel Mobiliteit.
De materiaalkeuze voor fietstoegangswegen kan ook voorzieningen voor het beheer van het regenwater omvatten: Dossier | Beheer van het regenwater, Voorziening | Waterdoorlatende verhardingen, Voorziening | Filtreerstroken
Op niveau van het gebouw
Meer informatie over de te implementeren kenmerken van de fietstoegangswegen, de overgang tussen de verschillende niveaus en de deuren vindt u in het Fietsvademecum, gepubliceerd door Brussel Mobiliteit.
Routes en gangpaden
Zorg ervoor dat de fietsenstalling gemakkelijk toegankelijk en volledig beveiligd is.
Meer informatie over de te implementeren kenmerken inzake de routes en gangpaden vindt u in het Fietsvademecum, gepubliceerd door Brussel Mobiliteit.
Afmetingen van de circulatiegangen
In de regel moeten de circulatiegangen de volgende breedte hebben:
- 2 m voor kleine installaties (1-20 fietsen)
- 3 m voor grotere installaties (zodat een fiets tegelijk met de doorgang van een andere fiets kan worden gestald), of zelfs 4 m voor installaties met grote afmetingen.
Voeg 65 cm toe aan deze afmetingen in het geval van fietsenrekken op twee niveaus.
Afmetingen van de manoeuvreerzones
Houd er rekening mee dat de volledige draaicirkel die nodig is om met de fiets aan de hand rechtsomkeer te maken 2,80 m bedraagt. Bovendien is de ruimte die nodig is om een fiets in één beweging van een rek te halen 1,80 m.
De overgang tussen de verschillende niveaus oplossen
Ideaal is een fietsenstalling op straatniveau. Als het echter nodig is om een niveauverschil te compenseren, mag de gekozen oplossing geen onoverkomelijk obstakel vormen. In het geval van een aanzienlijk hoogteverschil zijn hellingen te verkiezen boven trapglijbanen (minder steil en gemakkelijker begaanbaar).
Meer informatie over de te implementeren kenmerken inzake hellingen, fietsliften, fietsgoten en liften vindt u in het Fietsvademecum, gepubliceerd door Brussel Mobiliteit.
Deuren
De deuren moeten minstens 80 cm breed zijn. Modellen die zijn uitgerust met een automatische deursluiting kunnen een probleem vormen voor de toegankelijkheid van de fietsstalling, vooral voor oudere personen en kinderen. In principe is één deur voldoende. Fietsstallingen waarvan de gangpaden te smal zijn of waarbij men meerdere opeenvolgende deuren door moet, moeten worden vermeden.
Meer informatie over de te implementeren kenmerken voor deuren uitgerust met een automatische deursluiting, schuifdeuren, deuren van het speedgate-type, tourniquetdeuren en andere vindt u in het Fietsvademecum, gepubliceerd door Brussel Mobiliteit.
Inventieve oplossingen
Een typisch Brussels huis heeft een kelder die alleen toegankelijk is via een smalle, steile trap. Deze toegang is onpraktisch en niet geschikt voor dagelijks gebruik. Bovendien zijn deze kelders meestal te klein en voldoen ze niet aan de dimensioneringsvereisten van een fietsstalling.
Oplossingen bij renovatiewerken:
- deze kelders bestemmen voor langdurig parkeren (incidenteel fietsgebruik);
- de toegang tot de kelderruimte verbeteren;
- zorgen voor extra parkeergelegenheid dicht bij de ingang (dagelijks gebruik).
Afmetingen van de fietsen
Ter vergelijking: een parkeerplaats voor een personenauto neemt ongeveer 12,5 m² in beslag. Een autoparkeerplaats biedt dus plaats aan 5 tot 10 fietsen.
Klassieke fiets
Tandem: 2,40 m lang x 0,7 m breed
Vouwfietsen
In opgevouwen toestand variëren de afmetingen en het gewicht tussen de verschillende merken (Brompton, Ahooga, enz.) tot maximaal 73 x 81 x 70 cm en circa 15 kg.
Bakfietsen
Bakfietsen meten 208 cm tot 243 cm in de lengte en 85 cm in de breedte
Opgelet: de afmetingen veranderen naarmate er nieuwe modellen verschijnen
Elektrische fietsen
Elektrische fietsen zijn handig als alternatief voor bepaalde situaties (fysieke toestand van de gebruiker, reliëf, enz.). Eigen aan elektrische fietsen is dat ze zwaarder zijn (aandachtspunt tijdens het stallen) en dat hun accu moet worden opgeladen. Hiervoor moet een stopcontact in het fietslokaal aanwezig zijn.
Afmetingen: idem als een klassieke fiets of bakfiets.
Fietskarren
Afmetingen 86,5 x 80 x 96,5
Afmetingen met fiets
Stallingsruimten
De minimale manoeuvreerafstanden tussen fietsen de obstakels zijn gespecificeerd in de regelgeving. De keuze van de afmetingen van de stallingsruimte is een compromis tussen minimaal ruimtegebruik en optimaal gebruikscomfort.
- Het project kan worden gebaseerd op de onderstaande afmetingen, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen de verschillende soorten fietsdragers (omgekeerde U / rekken op twee niveaus) en de verschillende soorten opbergconfiguraties (verticaal, schuin).
- Zonder draagsysteem moet er 1 m afstand tussen de fietsen worden voorzien.
- De onderstaande afmetingen dienen te worden aangepast aan de specifieke fietsen. De parkeerplaatsen voor deze vervoermiddelen zijn meestal uitgerust met bogen.
- Schuin stallen neemt meer ruimte in beslag dan een loodrechte configuratie. De beste oplossing is degene die het minst ruimte inneemt, dus voor nieuwe projecten moet de voorkeur gaan naar dubbel loodrecht parkeren.
Omgekeerde U | Afwisselend rek 40 cm | ||||
---|---|---|---|---|---|
Voorzieningen | Plan | Oppervlak / fiets | Oppervlak / fiets (incl. manoeuvreerruimte) | Oppervlak / fiets | Oppervlak / fiets (incl. manoeuvreerruimte) |
Loodrecht
|
| 1,13m² | 2,15m² | 0,93m² | 1,77m² |
Naast elkaar
|
| 1,13m² | 1,64m² | 0,93m² | 1,35m² |
Voorwielafdekking
|
| 0,80m² | 1,66m² | ||
Schuin 45
|
| 1,26m² | 2,52m² |
Inrichting
De aandachtspunten voor de inrichting zijn:
- de ontwikkeling van een open ruimte waarin men zich goed kan oriënteren (ingang, douches, enz.);
- kleur en materiaal (hout, metaal, enz.);
- akoestiek: een verzorgde akoestiek in het gebouw is belangrijk, evenals de manier waarop het geluid van buitenaf in het gebouw wordt waargenomen:
- ventilatie en voldoende toevoer van verse lucht zijn belangrijk en verminderen onaangename geuren;
- verlichting;
- bodem en bodemverharding;
- muren;
- bewegwijzering;
- uitrustingen;
Meer info:
Beheer
Fietsenstallingen en hun uitrusting moeten regelmatig worden onderhouden. Het onderhoud en beheer moeten worden beperkt door uitrustingen te kiezen die weinig of geen onderhoud vergen, door gebruik te maken van eenvoudig te reinigen materialen, ontoegankelijke hoeken te vermijden, enz.
Vanaf de ontwerpfase moet het beheer- en onderhoudssysteem door de opdrachtgeverworden gepland. Via periodieke monitoring kan men zien of er verbeteringen (verlichting, draagsysteem) en aanpassingen (meer speciale fietsen) nodig zijn. Voor bepaalde projecten kan het nodig zijn een beheerder die de goede werking van de fietsstallingen opvolgt (onderhoud, verwijdering van achtergelaten fietsen, toezicht op de bezettingsgraad, enz).
Meer info vindt u in het vademecum Fietsparkeervoorzieningen
Parkeerbeheerders kunnen ook fietsbezitters aanmoedigen om hun fiets te registreren op mybike.brussels (platform om diefstal te verminderen).