Voor de NE en NGE EPW-eenheden wordt de eis inzake oververhittingmax op twee manieren uitgedrukt:
- Max. percentage van de tijd over een jaar > 25°C = 5%, wat overeenkomt met:
- Max. oververhittingsindicator = 6500 Kh
De eis inzake oververhitting legt op niet meer dan 5% van de tijd over een jaar een temperatuur te hebben die hoger is dan 25°C.
Het percentage van de tijd over een jaar waarin de temperatuur hoger is dan 25°C, wordt berekend in verhouding tot de oververhittingsindicator van de NE en NGE EPW-eenheid.
De maximaal toegestane waarde voor de oververhittingsindicator is verondersteld gelijk aan 6500 Kh en komt overeen met het maximum van 5% van de tijd over een jaar waarin de temperatuur boven de 25°C uitstijgt.
Als de berekende waarde van de oververhittingsindicator van de NE en NGE EPW-eenheid groter is dan 6500 Kh, wordt de temperatuur geacht gedurende meer dan 5% van de tijd over een jaar boven de 25°C uit te komen en is er dus niet voldaan aan de eis.
In tegenstelling tot de eisen in verband met de NEV of het PEV, is er geen versoepeling van 20% bepaald voor de met Nieuw Gelijkgestelde EPW-eenheden.
