De ventilatie van speciale ruimten behoort niet tot het toepassingsgebied van de HVNR-bijlage (geen minimumdebiet te respecteren voor deze ruimten). Onder speciale ruimten verstaan we hier ruimten met een (risico op) verontreiniging waarvoor andere (specifieke/meer dwingende) reglementeringen op het vlak van ventilatie van toepassing zijn.
De volgende ruimten moeten zeker worden beschouwd als speciale ruimten:
- garages met een oppervlakte (berekend op basis van de binnenafmetingen) van meer dan 40 m²,
- ketelruimten en stookplaatsen,
- brandstoftanks,
- lokalen met gasmeters,
- lokalen voor expansievaten van aardgas,
- liftkokers en -cabines en machinekamers,
- stortkokers en afvalopslaglokalen,
- bepaalde laboratoria (medisch, biologisch, ...).
Naast de ruimten met (een risico op) speciale verontreiniging mogen onderstaande ruimten eveneens worden beschouwd als speciale ruimte:
koelcellen, tochtsassen, schachten, hoog –en laagspanningscabines (algemene LS-borden, UPS, transformatoren, ...), technische ruimten voor luchtgroepen, technische ruimten voor persluchtinstallaties, traphallen, opslagruimten kleiner dan 2 m², rack- en serverlokalen, lokalen met regenwaterbuffers, generatoraggregaatlokalen, laad- en losruimten in industriële gebouwen.