Terug naar

Elementen voor een duurzame keuze

Milieu aspecten

  • Gesorteerd afval als een hulpbron. Op kleine schaal is die hulpbron onbeduidend, maar in zijn geheel vertegenwoordigt ze een reserve waarvan de zuiverheid (net als voor de natuurlijke hulpbronnen) de kwaliteit bepaalt. De benutting van die hulpbron beperkt het gebruik van natuurlijke hulpbronnen (vb.: de verso van een gedrukt vel papier kan dienen als klad of voor het afdrukken van faxen).
  • Dematerialisatie is een proces dat voor dezelfde toepassing minder materiaalgebruik beoogt. Enkele voorbeelden daarvan zijn de deling van installaties binnen een entiteit (vb.: een gemeenschappelijk waslokaal in een gebouw, enz.), herbruikbare verpakkingen (vb.: producten met statiegeld, herbruikbare zakken, enz.). In de tertiaire sector neemt dematerialisatie de vorm aan van "verregaande" toepassingen van nieuwe technologieën (vb.: documenten worden gescand en via e-mail verzonden in plaats van per post in papieren versie, correcties worden op het scherm uitgevoerd, etc.).
  • Vermindering van het vervoer: het vervoer van grondstoffen verbruikt energie, zowel stroomopwaarts voor de levering als stroomafwaarts voor de afvalverwijdering. De beperking van het verbruik en dus de hoeveelheid afval vermindert des te meer de nodige energie voor het vervoer en ook voor de fabricage.

Economische aspecten

  • De kosten van afvalinzameling worden geregeld door het Besluit van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De ophaling van huishoudelijk afval wordt gefinancierd door de gewestelijke taks en lijkt bijgevolg gratis. De kostprijs voor de gezinnen staat dus niet in verhouding tot hun eigen productie. Scholen en vzw's genieten een vrijstelling, voor zover ze een zekere deelname aan de sortering kunnen aantonen. Bedrijven met een handelsactiviteit of enige andere activiteit kunnen hun ophaaldienst vrij kiezen, afhankelijk van hun afvalproductie en ‑sortering. De ophaaldiensten kennen voor de inzameling voorkeurtarieven toe op basis van de koers van de recycleerbare stoffen, van hun aard, hun hoeveelheid, hun kwaliteit en hun verpakkingswijze. Bovendien worden de afvalbakken voor selectieve inzameling gratis ter beschikking gesteld, terwijl de afvalbakken voor restafval worden verhuurd/verkocht.
  • Economische valorisatie: sommige grondstoffen en verwerkte stoffen kunnen gevaloriseerd worden op de markt. Een reëel en niet te onderschatten voordeel (bv.: papier, metalen, enz.). De markt vertoont nog schommelingen, maar voor sommige bedrijven kan het interessant zijn om hun afval te kwantificeren en in kaart te brengen om een idee te hebben van de verkoops- en opbrengstmogelijkheden.
  • Milieulabels: geavanceerd afvalbeheer en de ruimtelijke organisatie ervan zijn nuttige elementen voor het verkrijgen van een ecolabel ("Ecodynamische onderneming", de ISO14001-certificatie, etc.). Bij de marketing en ontwikkeling van een onderneming kunnen deze voorzieningen een voordeel zijn, onder meer bij het beantwoorden van de bestekken van overheidsopdrachten, maar ook om de onderneming een positief merkimago te geven.

  • Geschikte plaats: bij de ruimte-indeling met recyclage rekening houden, leidt achteraf tot rationalisatie van de beheerkosten (snelheid van de verrichtingen) en kan overigens de bevoorradings- en afvoerkosten beperken of vermijden (bijvoorbeeld het gebruik van navulbare inktpatronen, enz.).

Socio-cultureel aspecten

  • Organisatie: toegankelijke, goed ingerichte, onderhouden, en propere lokalen, met aangepast materieel en een duidelijke markering, vergemakkelijken afvalsortering en overtuigen aarzelende gebruikers.
  • Ergonomie en gerieflijkheid: voor de gebruiker moet afvalsortering aan de bron even gemakkelijk zijn als het afval in de eerste de beste vuilnisbak te werpen. Zo kan afvalsortering deel uitmaken van de dagelijkse handelingen en gewoontes.
  • Een collectieve aanpak: het afvalbeheer is afhankelijk van de betrokkenheid van alle leden van een gemeenschap. Daartegenover heeft eenieder concreet de kans om een goede daad te stellen voor zijn milieu, wat het groepsdynamisme bevordert.
Laatste herziening op 14/06/2016