Terug naar

Context

In Europa woont tegenwoordig nagenoeg 80% van de bevolking in stedelijke gebieden (in 1950 was dit nog 50%), die samen een kwart van het totale grondgebied beslaan. Bouwgrond wordt zowel in de steden als in de buitenwijken steeds schaarser.

Percentage of urban population and agglomerations by size class in 2050

Percentage of urban population and agglomerations by size class in 2050© United Nations, Department of Economic and Social Affairs, Population Division: World Urbanization Prospects, the 2011 Revision, New York 2012

In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Net als in de rest van Europa is de stadsuitbreiding in het Brussels Gewest aanzienlijk versneld als gevolg van de verbeterde vervoersverbindingen (voornamelijk van de wegen en autosnelwegen in en om de stad) en de grotere persoonlijke mobiliteit die daaruit voortvloeide. De demografische groei en de verwachtingen op het vlak van de groeiende bevolkingsconcentratie in de stedelijke agglomeraties vormen het kader van de uitdagingen waar we vandaag de dag voor staan: het gehanteerde beleid en de aangereikte oplossingen moeten een leefomgeving creëren die ecologisch, sociaal en economisch gezien rechtvaardig is voor allen.

Duurzame stedenbouw is een transversale discipline die rekening houdt met alle bepalende elementen: mobiliteit, aanwezigheid en beheer van openbare groene ruimtes, watercyclus, grondbeleid, participatie, energie-efficiëntie, solidariteit, functionele mix, buurtvoorzieningen en nabijheidsdiensten…

Het ontwerp, de bouw en de renovatie van de panden die het bebouwde gedeelte van het stedelijke landschap bepalen, kaderen in deze context. Ze spelen een sleutelrol bij het creëren en ontwikkelen van de leefomgeving in dichtbebouwde stedelijke gebieden. Zodra ze hun woning of werkplek verlaten, maken de bewoners en gebruikers van de stad gebruik van de openbare ruimte die bestaat uit alle niet-bebouwde, toegankelijke ruimtes. Pleinen, straten, passages, parken, tuinen, binnenplaatsen – het zijn allemaal plekken voor interactie en ontspanning die van cruciaal belang zijn voor het welzijn, de ontmoetingen tussen mensen en het samenleven. Ondanks de gedeeltelijke subjectiviteit van bepaalde waarderingen – afhankelijk van leeftijd, cultuur, ervaring en gevoeligheid – kan in alle objectiviteit van sommige wijken worden gezegd dat de leefomgeving er van middelmatige of zelfs erbarmelijke kwaliteit is. Wonen in de stad zou niet alleen mogen neerkomen op er werken en/of slapen. De stad is een plek boordevol mogelijkheden op het vlak van sociaal leven, milieuduurzaamheid en economische vitaliteit en ze vormt de leefomgeving voor haar bewoners en gebruikers. De onbebouwde ruimtes in de stad zouden niet louter doorgangsgebieden mogen zijn waarin zich allerlei soorten overlast concentreren.

Het thema "Fysische omgeving" dat hier wordt geïntroduceerd en vervolgens wordt uitgewerkt aan de hand van de aanbevelingen uit het hoofdstuk, behandelt de relatie van het gebouw met de fysieke onderdelen uit zijn context in termen van invloed op de kwaliteit van de omliggende leefomgeving.

In combinatie met "Sociaal en cultureel" vormen de aanbevelingen van het hier behandelde thema een kwaliteitsvolle, relevante benadering als het gaat om het integreren van een gebouw in een specifieke fysische en menselijke omgeving.

Laatste herziening op 01/01/2013