In België volstaat de zon niet om het hele jaar door de dagelijkse levering van warm water voor een huishouden te garanderen. De distributie en de intensiteit van de zonnestraling stellen de individuele zonneboiler niet in staat om het hele jaar door autonoom te werken. Daarom is een naverwarming vereist om de dagelijkse beschikbaarheid van sanitair warm water op een comforttemperatuur te verzekeren.
In collectieve systemen streeft men nooit naar een volledige autonomie in sanitair warm water met zonne-energie, zelfs niet in de zomer, omdat de investering te duur en niet rendabel zou zijn. Een groot zonnesysteem is ontworpen om het sanitair water voor te verwarmen; een naverwarming is in alle seizoenen vereist.
Enkele courante hulpsystemen
a. Elektrische naverwarming: in het bovenste derde van het zonnevat, met een elektrische weerstand met tijdschakelaar. Men noemt dit een interne naverwarming met accumulatie. Wanneer de temperatuur van het sanitair warm water in het bovenste deel van het vat lager is dan de ingestelde temperatuur, zal tijdens de voorziene periode voor de productie van sanitair warm water de elektrische weerstand worden ingeschakeld.
c. Instantverwarming met een modulerende ketel of waterverwarmer met gas of stookolie: deza wordt na het zonnevat geplaatst, na de mengkraan. Men noemt dit een externe naverwarming, omdat de warmtewisselaar zich buiten het zonnevat bevindt. Het door het zonnesysteem voorverwarmde sanitair water stroomt door de modulerende ketel of waterverwarmer, die de temperatuur van het voorverwarmde water detecteert en de extra energie levert die nodig is om de comforttemperatuur te bereiken.
d. Naverwarming in serie: met een warmtewisselaar onderaan in een bijkomend vat dat in serie op het zonnevat gemonteerd is.
e. Gemengde naverwarming: de combinatie van naverwarming met accumulatie van een parallel of in serie gemonteerde ketel met een elektrische weerstand in het bovenste derde van het zonnevat. Deze naverwarming met bi- of multi-energie maakt het mogelijk om ofwel de ketel (tijdens de periode waarin het gebouw wordt verwarmd) ofwel de elektrische weerstand (buiten de verwarmingsperiode) te gebruiken als bijverwarming voor het sanitair warm water, wanneer het water van de ketel koud is of de ketel niet werkt.
