Terug naar

Muren

Massieve constructie

In een massieve constructie wordt de luchtdichtheid gewaarborgd door de gelijkmatig op de verticale wanden aangebrachte bepleistering. Deze coating kan uit verschillende bindmiddelen bestaan; meestal pleister of cement . De door het WTCB aanbevolen minimumdikte voor een luchtdichte coating op basis van pleister bedraagt 4 mm .

Om voor een continue luchtdichte barrière te zorgen, zijn de voornaamste aandachtspunten de te creëren aansluitingen tussen de bouwelementen en de luchtdichte integratie van technische elementen (Zie ook de technische details).

Isolatie van buiten

In onze omstreken worden massieve constructies vaak langs buiten geïsoleerd. In dit geval zorgt een correct aangebrachte coating, continu, zonder doorboring en voldoende dik, voor de luchtdichtheid van de muur.

De voorziening Isolatie van een muur aan de buitenkant loodst de ontwerper stap voor stap door het aanbrengen van de diverse materialen en wijst hierbij op enkele aandachtspunten.

Isolatie van binnen

Dampwerend membraan

Constructiesysteem

Constructiesysteem© Architecture et Climat - LOCI – UCL

Een massieve constructie langs binnen isoleren wordt ten sterkste afgeraden , gezien het hoge risico op condensvorming en het aantal onvermijdbare bouwknopen die een dergelijke isolatie met zich meebrengt. Bij een renovatie is het echter vaak moeilijk om het anders te doen als de straatgevel erfgoedwaarde heeft of aan stedenbouwkundige verplichtingen is gebonden.

De voorziening Gevels langs binnen isoleren loodst de ontwerper stap voor stap door het aanbrengen van de diverse materialen en wijst hierbij op enkele aandachtspunten.

Een luchtdicht ademend systeem geniet de voorkeur, waarbij de diffusie van damp mogelijk is. Een voorbeeld van een concrete samenstelling, van buiten naar binnen:

  • Isolatie op basis van vezels te plaatsen op of tussen latwerk (bij voorkeur hout) aangebracht tegen de muur: deze isolatie die open is voor dampdiffusie, zorgt er voor dat waterdamp in de zomermaanden door de elementen heen afgevoerd wordt;
  • Dampscherm dat ook dienst doet als luchtdicht membraan, te bevestigen op het latwerk;
  • Aparte wand afgewerkt met gipsplaten, waardoor er een technische spouw kan worden gecreëerd die het membraan vrijwaart van doorboringen.

Plaatsing van isolatie langs binnen met luchtdicht membraan

image12

image13

(Bron : Isover )

De toepasbaarheid, het type en de dikte van de isolatie worden gedetailleerd omschreven in de voorziening Gevels langs binnen isoleren van het dossier Transmissieverliezen beperken.

All-in-one-platen en gipsplaten

Het aanbrengen van all-in-one-platen met een stijve isolatie (meestal EPS, XPS of PUR), een geïntegreerd dampscherm en afwerking (type gipsplaat), is een goedkope oplossing, maar toch af te raden.

De rechtstreekse plaatsing van gipsplaten op het dampscherm kan voor de blowerdoortest aanvaardbare resultaten opleveren, maar is echter niet duurzaam: boringen na na de uitvoering van de gipsplaten voor de plaatsing van meubilair (keuken, rekken), verlichting of decoratie gaan onvermijdelijk door de luchtdichte barrière.

De afdichtingen tussen de lichte wanden en de massieve plafonds zijn onderhevig aan zettingen en scheuren sneller, wat de continuïteit van de luchtdichte barrière onderbreekt.

Voorzetwand

Het gebruik van een voorzetwand biedt het voordeel dat het zichtbaar muuroppervlak vrij kan worden doorboord in de desbetreffende ruimte, zonder zich zorgen te hoeven maken dat de luchtdichtheid wordt beschadigd. Dit is zowel bij een massieve constructie als bij een houtskeletbouw mogelijk. Er kunnen op die manier kabels en andere elementen worden geplaatst of eventueel in de isolatie worden verzonken om de thermische prestaties (en akoestische in een lichte constructie) van de wand te verbeteren.

Gebruik van een voorzetwand

image14_nl© lamaisondurable

Zichtmetselwerk of zichtbetonblokken

Boringen in de luchtdichte barrière omwille van verankeringen

image15 1 = onzichtbaar / 2 = verankeringen / Pijl = te behandelen dragende muurwand
(Bron: Gebr.Bodegraven BV )

Voor het specifieke geval van zichtmetselwerk of zichtbetonblokken te hebben, moet hier:

  • Of een cementering plaatsvinden of een dampwerend (en bijgevolg luchtdicht) membraan worden aangebracht aan de onzichtbare kant van het dragende metselwerk. Beter is om de twee te combineren: in eerste instantie cementeren om het oppervlak glad te maken en daarna het dampscherm plaatsen;
  • Of een waterafstotende verf worden aangebracht aan de zichtbare kant.

De eerste oplossing is delicaat, aangezien er in twee fasen moet worden te werk gegaan. In eerste instantie wordt de dragende binnenmuur gebouwd en behandeld aan de onzichtbare kant (cementering en/of dampwerend membraan). In tweede instantie wordt de isolatie geplaatst en de gevelafwerking uitgevoerd.

Deze oplossing is ook delicaat, gezien de boringen in de luchtdichte barrière voor de verankering van de gevelafwerking (zie onderstaande illustratie). In dit opzicht kan waterafstotende verf een oplossing zijn voor de luchtdichtheid, maar om zeker te zijn dat de wand waterdampdicht is, moet de hygrometrie worden onderzocht om het risico op condensatie te beoordelen.

Ter herinnering, een muur in ter plaatse gestort beton die in het zicht is gelaten, is intrinsiek luchtdicht. Er moet wel aandacht worden besteed aan de aansluitingen en eventuele boringen.

Houtskeletbouw

Waterdampdoorlatende of weinig doorlatende gevelbekleding

Bij houtskeletbouw zal het materiaal dat voor luchtdichtheid zorgt ook instaan voor de waterdampdichtheid en hangt die keuze dus af van de elementen waaruit de wand bestaat (Zie ook de technische details).

De dampdiffusieweerstand van het aan de binnenkant van de wand geplaatste materiaal moet minstens 6 keer groter zijn dan die van het materiaal dat aan de buitenkant van de wand wordt geplaatst.

Concreet betekent dit in het geval van wanden die in contact staan met de buitenomgeving :

  • Als de buitenbekleding weinig waterdamp doorlaat, moet de luchtdichte barrière aan de binnenkant een dampwerend membraan zijn;
  • Als de buitenbekleding relatief veel waterdamp doorlaat (bijvoorbeeld bepleisteringen of minerale bekledingen), kan de luchtdichte barrière bestaan uit een waterdampdoorlatende afwerking aan de binnenkant (bv.: gipsvezelplaten van 15 mm (Sd=0,195 m) gecombineerd met een interne afwerking met OSB-platen (Sd=2,1 m).