Terug naar

Materiaalkeuze

De gevels en wanden van een gebouw hebben – afhankelijk van het gebruikte materiaal – weerkaatsende of absorberende akoestische kwaliteiten.

Door in te grijpen op het materiaaltype kan men het omgevingsgeluid van een site wijzigen :

  • Het gebruik van weerkaatsende materialen versterkt de perceptie van bepaald geluid ;

  • Het gebruik van absorberende materialen op grote oppervlakken verhindert de weerkaatsing van geluid naar aangrenzende zones of naar de gebouwen aan de overkant. In het geval van een akoestisch gesloten ruimte vermijdt gebruik van absorberend materiaal de verhoging van het geluidsniveau dat ontstaat door 'stapeling' van het uitgestoten én het weerkaatste geluid.

    Dit principe geldt ook voor de bodembedekking van de omgeving van het gebouw.

Het absorberende vermogen van een materiaal wordt gedefinieerd door zijn absorptiecoëfficiënt. Hoe meer een wand absorbeert, hoe minder hij weerkaatst, en omgekeerd.

Wanneer een geluidsgolf op een wand botst, absorbeert deze – meer of minder – de akoestische energie van de golf. De absorptiecoëfficiënt bepaalt de hoeveelheid energie die een wand absorbeert in verhouding tot de hoeveelheid inslaande energie.

Absorptiecoëfficiënt en weerkaatsende eigenschap van verschillende materialen

Absorptiecoëfficiënt

Type materiaal

Weerkaatsend oppervlakα = 0 tot 0,2

Glasruiten

Glad beton

Marmer

Gevernist hout

Metalen bekleding

Watervlak

Semi-weerkaatsend oppervlakα = 0,2 tot 0,5

Baksteen

Ruw beton

Pleister

Ruw hout

Semi-absorberend oppervlakα = 0,5 tot 0,7

Gewafeld (cellulair, geribd) beton

Ruw, niet-aaneensluitend hout

Bodem met grasperk of in grind

Absorberend oppervlakα > 0,7

Zeer onregelmatig beplante bodem

Akoestisch paneel

Laatste herziening op 01/01/2013