Om de eisen in verband met hygiënische ventilatie na te leven, moeten de Nieuwe en met Nieuw Gelijkgestelde EPB-eenheden NR:
- uitgerust zijn met een volledig ventilatiesysteem,
-
en dit systeem moet voldoen aan de eisen op de volgende punten:
- de debietenmin en de kwaliteit van de binnenlucht,
- de luchtkwaliteit van de toevoerdebieten,
- de regeling van de luchtkwaliteit,
- de drukvoorwaarden in de ruimten of gebouwen,
- de luchttoevoeropeningen,
- de luchtafvoeropeningen,
- de doorstroomopeningen.
3.2.1. Debietenmin en kwaliteit van de binnenlucht
Het ventilatiesysteem moet het mogelijk maken om per lokaal de volgende reglementaire debietenmin te bereiken:
Ventilatiedebietenmin per ruimte volgens de tabellen 11 en 12 van de norm EN 13779 en volgens bijlage HVNR van het Eisenbesluit
RUIMTE |
DEBIETMIN |
---|---|
Ruimte waar personen verblijven |
22 m³/u per persoon (1) (het dubbele als de ruimte een rokersruimte is) |
Ruimte waar weinig of geen personen verblijven: |
|
|
1,3 m³/u per m² (1) |
|
25 m³/u per WC (2) |
|
50 m³/u per ruimte (3) |
Bron: Leefmilieu Brussel
(1) Deze debietenmin komen overeen met de binnenluchtcategorie IDA3 (indoor air).
(2) Indien het aantal wc's (urinoirs inbegrepen) niet gekend is op het ogenblik van de dimensionering van het ventilatiesysteem, bedraagt het debietmin in de toiletruimten 15 m³/u per m² vloeroppervlakte.
(3) In doucheruimten en badkamers bedraagt het debietmin 5 m³/u per m² vloeroppervlakte, met een minimum van 50 m³/u per ruimte.
Met betrekking tot de ruimten waar personen verblijven
Het ventilatiedebietmin wordt uitgedrukt in m³/u per persoon.
De bepaling van het minimale aantal personen gebeurt op basis van tabel 1 van Bijlage HVNR van het Eisenbesluit.
De gebruiksoppervlakte per persoon verschilt naargelang het type ruimte.
Minimale gebruiksoppervlakte per persoon die moet worden toegepast voor het bepalen van het aantal personen nodig voor de berekening van het ventilatiedebietmin in de ruimten bestemd voor menselijke bezetting (tabel 1 van bijlage HVNR van het Eisenbesluit)
RUIMTE BESTEMD VOOR MENSELIJKE BEZETTING |
MINIMALE GEBRUIKSOPPERVLAKTE PER PERSOON (m2/persoon) |
---|---|
Horeca |
|
Restaurants, cafetaria, snelbuffet, kantine, bars, cocktailbars |
1.5 |
Keukens, kitchenettes |
10 |
Hotels, motels, vakantiecentra |
|
Slaapkamers in hotel, motel, vakantiecentra, ... |
10 |
Slaapzalen in vakantiecentra |
5 |
Lobby, inkomhal |
2 |
Vergaderzalen, ontmoetingsruimte, polyvalente zaal |
2 |
Kantoorgebouwen |
|
Kantoor |
15 |
Ontvangstruimten, receptie, vergaderzalen |
3.5 |
Hoofdingang |
10 |
Publieke ruimten |
|
Vertrekhal, wachtzaal |
1 |
Bibliotheek, mediatheek |
10 |
Publieke verzamelplaatsen |
|
Kerken en andere religieuze gebouwen, regeringsgebouwen, gerechtszalen, musea en galerijen |
2.5 |
Detailhandel |
|
Verkoopruimte, winkel (behalve winkelcentra) |
7 |
Winkelcentrum |
2.5 |
Kapsalon, schoonheidssalon |
4 |
Winkels voor meubilair, tapijten, textiel, ... |
20 |
Supermarkt, grootwarenhuis, dierenspeciaalzaak |
10 |
Wassalon |
5 |
Sport en vrije tijd |
|
Sporthal, sportterrein, speelterrein, turnzaal |
3.5 |
Kleedkamers |
2 |
Toeschouwersruimte, tribunes |
1 |
Discotheek / dansgelegenheden |
1 |
Sportclub: aerobicruimten, fitnessruimte, bowlingclub Verstrenging vanaf 2019 |
10 > 3.5 (2019) |
Zwembad, sauna, wellness |
2 |
Bioscoop, concertzaal |
1 |
Werkruimten |
|
Fotostudio, donkere kamer,... |
10 |
Apotheek (bereidingsruimte) |
10 |
Lokettenzaal in banken / kluizenzaal voor publiek |
20 |
Kopieerruimte / ruimte voor printers |
10 |
Computerruimte (zonder ruimte voor printers) |
25 |
Onderwijsinstellingen |
|
Leslokalen |
4 |
Lesateliers, leslaboratoria |
4 |
Auditorium |
2 |
Leraarskamer |
4 |
Kinderdagverblijven, kinderopvangruimten, speelkamers Versoepeling vanaf 2019 |
4 > 5 (2019) |
Polyvalente zaal |
1 |
Gezondheidszorg |
|
Ziekenzaal |
10 |
Behandelings- en onderzoekskamers |
5 |
Operatie- en verloskamers, ontwaakzaal en intensieve zorgen, kinesitherapiezaal, fysiotherapie |
5 |
Gevangenissen |
|
Cellen, dagverblijf |
4 |
Bewakingsposten |
7 |
Inschrijving / registratie / wachtruimte |
2 |
Overige ruimten |
|
Overige ruimten |
15 |
Opslagruimte van een winkel |
100 |
Bron: Leefmilieu Brussel
Oppervlakte die in aanmerking moet worden genomen voor de berekening van de ventilatiedebietenmin
Voor de berekeningen van de ventilatiedebietenmin wordt rekening gehouden met de gebruiksoppervlakte, die ook netto oppervlakte wordt genoemd, gemeten ter hoogte van de vloer. De mezzanine is inbegrepen.
Voorbeelden van gebruiksoppervlakten
Bron: Leefmilieu Brussel
3.2.2. Luchtkwaliteit van de toevoerdebieten
De lucht van de toevoerdebieten moet aan de volgende voorwaarden voldoen:
- Het minimale toevoerdebiet in de ruimten waar mensen verblijven, gebeurt met verse buitenlucht.
- Het extra debiet kan er komen met verse buitenlucht, herbruikte lucht of doorstroomlucht.
- Het minimale toevoerdebiet in ruimten niet bestemd voor menselijke bezetting kan gerealiseerd worden met verse buitenlucht of bij voorkeur met afvoerlucht van andere ruimten van klasse ETA 1 of ETA 2.
In het geval van recyclage van afvoerlucht moeten alle richtlijnen van bijlage A.6 van de norm NBN EN 13779 worden nageleefd.
Op basis van de herkomst van de afvoerlucht wordt de luchtkwaliteit in de norm NBN EN13779 ingedeeld in vier klassen: ETA1, ETA2, ETA3 en ETA4 (ETA = extract air).
Kwaliteitsklasse van de afvoerlucht
Lage verontreinigingsgraad Deze lucht is geschikt voor hergebruik en doorstroom. |
|
Matige verontreinigingsgraad Deze lucht is niet geschikt voor hergebruik, maar wel voor doorstroom. |
|
Hoge verontreinigingsgraad Deze lucht is ongeschikt voor hergebruik en doorstroom. |
|
Erg hoge verontreinigingsgraad
|
Bron : Leefmilieu Brussel
Afvoerlucht met een geringe verontreinigingsgraad.
Lucht uit ruimten die voornamelijk vervuild worden door de menselijke stofwisseling en de bouwmaterialen en waar het verboden is te roken.
Bijvoorbeeld lucht uit lokalen zoals vergaderzalen, klassen, gangen, trappen, enz.
Deze lucht is geschikt voor hergebruik en doorstroom.
Afvoerlucht met een matige verontreinigingsgraad.
Lucht afkomstig van bezette ruimten die meer onzuiverheden bevatten dan categorie 1 afkomstig van dezelfde bronnen maar waar het toegestaan is te roken.
Bijvoorbeeld lucht uit lokalen zoals eetzalen, winkels, opslagruimten van kantoren, hotelkamers, enz.
Deze lucht is niet geschikt voor hergebruik, maar wel voor doorstroom naar toiletten, garages en gelijkaardige ruimten.
Afvoerlucht met een hoge verontreinigingsgraad..
Lucht uit ruimten waar andere vervuilende stoffen worden afgescheiden, zoals vocht, bepaalde grondstoffen voor processen of chemische stoffen.
Bijvoorbeeld lucht uit lokalen zoals toiletten, keukens, bepaalde chemische laboratoria, rookruimten, enz.
Deze lucht is ongeschikt voor hergebruik en doorstroom.
Afvoerlucht met een erg hoge verontreinigingsgraad.
Lucht uit plaatsen die geuren en onzuiverheden bevat die schadelijk zijn voor de gezondheid, in concentraties die hoger zijn dan toegestaan voor de binnenlucht van bezette ruimten.
Bijvoorbeeld lucht uit lokalen zoals chemische laboratoria, garages, industriële dampkappen, lokalen waar verven en solventen worden gebruikt, enz.
Deze lucht is ongeschikt voor hergebruik en doorstroom.
Voorbeelden van gebruik van afvoerlucht
Bron : Guide PEB Wallon
3.2.3. Regeling van de luchtkwaliteit
De EPB-reglementering herneemt de zes types van regeling van de luchtkwaliteit zoals vastgelegd in de norm NBN EN 13779. In de EPB-software moet men per ventilatiezone een van deze zes regelingstypes kiezen.
Regelsystemen voor de kwaliteit van de binnenlucht (IDA – C)
CATEGORIE |
BESCHRIJVING |
|
---|---|---|
IDA – C1 |
Geen controle Het systeem werkt permanent. |
NIET TOEGESTAAN VOOR MECHANISCHE VENTILATIE-SYSTEMEN |
IDA – C2 |
Manuele controle Het systeem heeft een handbediende schakelaar. |
|
IDA – C3 |
Kloksturing Het systeem werkt volgens een ingesteld tijdsprogramma. |
|
IDA – C4 |
Controle op basis van bezetting Het systeem werkt op basis van aanwezigheid (inschakeling van verlichting, infrarooddetectoren, ...) |
|
IDA – C5 |
Controle op basis van aanwezigheid (aantal personen) Het systeem werkt op basis van de aanwezigheid van personen in de ruimte. |
|
IDA – C6 |
Directe controle Het systeem wordt geregeld door detectoren die de parameters van de binnenlucht of aangepaste criteria meten (CO2-detectoren, gemengde gassen, VOS, ...). De gebruikte parameters moeten aangepast zijn aan de aard van de activiteit in de ruimte. |
Bron: NBN EN 13779 en bijlage HVNR
Voor de NE, NGE en, vanaf 2023, ZGE NR EPB-eenheden die worden gebruikt of bestemd zijn om te worden gebruikt door, of die eigendom zijn van een overheidsinstantie, worden de vraaggestuurde ventilatiesystemen in rekening gebracht in de EPN-methode via een reductiefactor die gebruikt wordt voor de bepaling van de warmteoverdrachtscoëfficiënt door hygiënische ventilatie.
3.2.4. Drukvoorwaarden in de ruimten of gebouwen
De drukvoorwaarde (PC) die in het gebouw wordt veroorzaakt door het onevenwicht tussen de luchttoevoerdebieten (qv,supply) en de luchtafvoerdebieten (qv,extract), moet tussen -5 Pa en 10 Pa blijven.
3.2.5. Luchttoevoeropeningen
Elke luchttoevoer moet aan de volgende voorwaarden voldoen:
- Als de luchttoevoer mechanisch gebeurt, moet hij gedimensioneerd worden voor een maximaal drukverschil van 10 Pa.
-
Als de luchttoevoer natuurlijk gebeurt, moet hij gedimensioneerd worden voor een maximaal drukverschil van 2 Pa en moet hij manueel of automatisch kunnen worden ingesteld tussen de volgende posities:
- een volledig geopende stand,
- minstens drie tussenposities,
- een gesloten positie (≤ 15 % van het debiet onder 50 Pa).
De natuurlijke luchttoevoer die zich in een ruimte, voorzien van een mechanische afvoer, bevindt, mag worden gedimensioneerd voor een maximaal drukverschil van 10 Pa behalve als een apparaat met open verbrandingskamer aangesloten op een afvoerleiding aanwezig is in deze ruimte.
Kierstandventilatieschrijnwerk
3.2.6. Luchtafvoeropeningen
Elke luchtafvoer moet aan de volgende voorwaarden voldoen:
- Als de luchtafvoer mechanisch en waarbij de luchttoevoer eveneens mechanisch gebeurt, moet de luchtafvoer gedimensioneerd worden voor een maximaal drukverschil van 10 Pa.
-
Als de luchtafvoer natuurlijk gebeurt, moet hij gedimensioneerd worden voor een maximaal drukverschil van 2 Pa, moet hij verbonden zijn met een verticaal kanaal met een uitloop van minstens 50 cm ter hoogte van het dak en moet hij manueel of automatisch kunnen worden ingesteld tussen de volgende posities:
- een volledig geopende stand,
- minstens drie tussenposities,
- een gesloten positie (≤ 15 % van het debiet onder 50 Pa).
De afvoerkanalen zelf moeten zoveel mogelijk een verticaal tracé hebben. Afwijkingen van maximaal 30° ten opzichte van het verticale zijn toegelaten. De afvoerkanalen en accessoires moeten gedimensioneerd zijn voor een maximale luchtsnelheid van 1 m/s.
De natuurlijke luchtafvoer die zich in een ruimte, voorzien van een mechanische toevoer, bevindt, mag worden gedimensioneerd voor een maximaal drukverschil van 10 Pa.
3.2.7. Doorstroomopeningen
Elke doorstroomopening moet aan de volgende voorwaarden voldoen:
- Permanent zijn en niet verstopt kunnen raken.
- Gedimensioneerd zijn voor een maximaal drukverschil van 10 Pa als minstens een van de twee ruimten die ze bedient, uitgerust is met een mechanisch ventilatiesysteem. In alle andere gevallen wordt deze maximale waarde teruggebracht tot 2 Pa.
-
Als het een spleet onder een deur betreft, moet ze minstens 5 mm hoogte hebben en gedimensioneerd zijn met een debiet van:
- 0,80 [m3/u] per cm2 spleet voor een drukverschil van 10 Pa.
- 0,36 [m3/u] per cm2 spleet voor een drukverschil van 2 Pa.